


Sterke punten
- Hoge zeldzaamheidswaarde
- Praktisch
- Grote kofferruimte
Zwakke punten
- Laag veiligheidsniveau (volgens de huidige evaluaties)
- Eenvoudig interieur
- Relatief hoge verzekeringskosten
Peugeot 404 : een overzicht
Bekijk hier een compleet overzicht van de Peugeot 404, inclusief details van de belangrijkste kenmerken, motorisering, uitrusting en andere nuttige informatie over het model. Lees verder
Interesse in een Peugeot 404
Onze expertise over jouw zoekopdracht

Rijtesten: Peugeot 3008 HYbrid4 – Gereden: Peugeot 3008 HYbrid4

De Peugeot 408 lijkt nergens op en dat vinden we geweldig

Review: de elektrische Peugeot e-2008 (2020)

Rijtesten: Peugeot 107 – Gereden: Peugeot 107

Rijtesten: Peugeot 308 e-HDi – Gereden: Peugeot 308 e-HDi

Review: nieuwe Peugeot 308 is het mooiste meisje van de klas
Alternatieve modellen
Goede redenen
- Doelgroep: Liefhebbers van klassieke auto's
- Coupés en cabriolets zijn op heden de zeldzaamste klassieke auto's van de 404-serie
- Nadruk op comfort, duurzaamheid, betrouwbaarheid en ruimte
- Wordt beschouwd als een bijzonder goed ontworpen en moderne auto
Belangrijke gegevens
Motor
De 404-modellen waren verkrijgbaar met zowel benzine- als dieselmotoren. De instapmodellen beschikten over een 1,5-liter benzinemotor met een vermogen van 60 pk. De duurste modellen leverden vermogens tot 95 pk. De viercilindermotor stond 45 graden naar rechts gekanteld, waardoor het zwaartepunt van de auto relatief laag lag. In combinatie met de achterwielaandrijving leidde dat tot een uitstekende wegligging.
De voorgangers van de 403-serie waren reeds uitgerust met identieke motor- en transmissievarianten. Ook de auto's van het merk Hillmann reden met de 404-motoren. De Peugeot 404 Injection was ook 's werelds eerste personenauto met een injectiemotor van minder dan 2,0 liter cilinderinhoud. Aanvankelijk waren de auto's uitgerust met trommelremmen, die later werden vervangen door schijfremmen, waarvan sommige met een rembekrachtiger. De versnellingspook bevond zich aan het stuur en werd hydraulisch geschakeld met behulp van een membraanveerkoppeling. De ZF sedan kreeg later een automatische transmissie.
Afmetingen
Bouwjaar | 1960 - 1975 |
---|---|
Lengte, breedte, hoogte | 4,45 m x 1,62 m x 1,45 m |
Wielbasis | 2,65 - 2,84 m |
Kofferruimte | - |
Ledig gewicht | 1.070kg |
Toelaatbaar totaal gewicht | 1.580 kg |
Cilinderinhoud | 1.618 cm³ |
Koppel | - |
Maximumsnelheid | 150 km/h |
Acceleratie van 0 tot 100 km/u | - |
Tankvolume | 50 l |
Verbruik | 11 l/100 km |
CO2-uitstoot | - |
Varianten
Peugeot produceerde een cabrio in Italiaanse stijl, een coupé met een extra lang kofferdeksel, een pick-up met open dak en een stationwagen met zeven zitplaatsen. Zodoende bood de fabrikant een buitengewone variëteit van modellen en uitvoeringen aan. Terwijl de sedans en de bedrijfsvoertuigen in grote aantallen werden geproduceerd, rolden de sportievere modellen pas in 1968 van de band, aangezien de productiekosten te hoog lagen voor de kleine oplagen. Dankzij de specifieke carrosserieën en voorzieningen konden de 404-modellen gebruikt worden als taxi's, politie- of brandweerauto's, maar ook als ambulances en sleepwagens. Een bijzonder model was de racewagen 404 Rekord Diesel uit 1965, die indertijd meer records brak dan elk voertuig daarna.
Prijs
De nieuwprijs varieerde in die tijd aanzienlijk. De diesel sedan kostte 6400 DM, terwijl de benzine cabriolet 25.700 DM kostte. Het pick-up model bedroeg tussen de DM 7100 en 9250. De prijzen voor de cabriolet- en coupéversies lagen tussen de DM 14.000 en DM 16.000.
Wil je een Peugeot 404 occasion kopen, dan betaal je tussen de 1.000 en 10.000 euro, afhankelijk van de staat en uitvoering.
Houd ook rekening met maandelijkse verzekeringskosten van 72 euro en een voertuigbelasting van 42 euro. De belasting is dus relatief duur voor een auto van deze omvang, maar de Peugeot 404 wordt dan ook in een relatief hoge emissieklasse geplaatst. Deze klasse bepaalt het bedrag van de motorrijtuigenbelasting.
Design
Exterieur
Omdat er zoveel verschillende varianten waren, verschilde het exterieur van de afzonderlijke voertuigen nogal sterk. De serie had echter een opvallend kenmerk, namelijk de zogenaamde vinnen die de achterkant sierden. De motor werd bij alle modellen iets gekanteld, zodat de bestuurder een erg goed zicht op de weg over de schuin aflopende motorkap had. Van de klassieke notchback sedan zijn er de meeste exemplaren. Deze kon met of zonder zonnedak besteld worden. De open laadruimte van het pickup-model kon afgedekt worden met een dekzeil, was ook verkrijgbaar als kiepversie of kon met een speciale opbouw gebruikt worden als camper. De carrosserie kwam van de Franse fabrikant Chausson. In de eerste drie productiejaren werden de bumperhoorns van roestvrij staal gemaakt, voordat ze vervangen werden door steeds grotere rubberen blokken. Pininfarina, een Italiaans bedrijf, leverde het ontwerp voor de carrosserieën van de coupé en wist daarmee de eigen ontwerpafdeling te overtroeven. De carrosserieën werden vervaardigd in Grugliasco bij Turijn en vervolgens per spoor of vrachtwagen naar Frankrijk vervoerd voor de eindassemblage. Hun verwantschap met de Fiat 1500 of de Ferrari 250 GT was niet te ontkennen. Het Pininfarina-logo werd tussen de deur en de achterste wielkast geplaatst. Het was ook duidelijk te merken dat de lijn van de BMC AD09 doorgetrokken werd in de Italiaanse carrosserie. De bumpers en de sierstrips werden van roestvrij staal gemaakt en voor de lak kon men kiezen uit zwart, wit, licht- of donkerblauw, rood en geel.
Interieur
Door zijn leeftijd kan het interieur uiteraard niet vergeleken worden met dat van moderne personenauto's. De voorzieningen varieerden al naargelang van de carrosserie. Het dashboard van de cabrio's en coupé's was uitgerust met displays voor snelheid, motortoerental, oliedruk en olietemperatuur, evenals een ampèremeter. In de pick-up en de goedkopere stationwagen-versie was er alleen een snelheidsmeter in km/h of mph, afhankelijk van het land waarin de auto verkocht werd.
In de sedan konden de voorstoelen neergeklapt worden, waardoor een grote ligruimte ontstond.
De 404 stationwagen was verkrijgbaar in drie verschillende versies, waarbij de belangrijkste verschillen betrekking hadden op de inrichting van het interieur. Eén variant had twee rijen stoelen, waarvan de achterste rij kon worden neergeklapt. De luxeversie had een zeer fraai interieur. De bedrijfsversie had geen tweede rij zitplaatsen en ook de achterdeuren konden niet open. Een derde rij zitplaatsen was wel beschikbaar in de familieversie, deze bood plaats aan maximaal acht personen, hoewel in Duitsland slechts zeven personen waren toegestaan. De verstelbare stoelen waren bekleed met kunstleer.
De cabriolet- en coupé-varianten met vier zitplaatsen werden voorzien van airconditioning, afzonderlijke zetels, een elektrische klok, een aansteker en een dagteller. De bekleding bestond uit echt leer (in de cabriolet) of uit fijne bekledingsstof (in de coupé). Eveneens standaard bijgeleverd waren een krik en een set van zes reservelampen.
Veiligheid
Peugeot begon de eerste crashtests in 1963. De 404-modellen werden telkens vóór hun presentatie onderworpen aan een dergelijke crashtest. Daarbij werden de vervormingen van de carrosserie gesimuleerd en konden de daaruit voortvloeiende effecten worden geregistreerd. In die tijd was dat een zeer omslachtig proces, aangezien er nog geen computertechnologie bestond. Voor de test met een frontale botsing werd het voertuig uitgerust met een zeer nauwkeurig controlerooster. Deze velden werden vervolgens opgemeten om de vervormingen vast te leggen. Er is geen informatie over de snelheid en de hoek van de impact.
Op de voorste rij stoelen waren tenminste veiligheidsgordels voorzien.
Voor deze klassieker zijn echter geen recente resultaten van een NCAP-crashtest beschikbaar.
Alternatieven
De alternatieven van dezelfde fabrikant zijn, naast de voorgangers van de 403-serie, de directe opvolgers 504 of de 405-serie, die pas vanaf 1987 op de markt verscheen. Alle series telden zowel comfortabele gezinsvarianten als pickup-modellen, die in de eerste plaats ontworpen werden met het oog op functionaliteit.
In zijn tijd was de Peugeot 404 in het segment van dieselpersonenauto's het enige noemenswaardige alternatief voor de dieselauto's van Mercedes-Benz.
Alternatieve klassieke auto's vind je ook bij Citroën, Ford of Rover. De Citroën 2CV heeft al lang een cultstatus. Deze auto is ook beter bekend als de "eend". Hoewel de Rover 100-serie pas in de jaren 1990 op de markt kwam en destijds nogal slechte resultaten behaalde in de NCAP-crashtest, is hij sindsdien erg populair geworden bij liefhebbers van tuning.